Nu het schooljaar gestart is en ons leven weer stilaan in zijn normaal ‘werk-’ ‘schoolritme’ komt, is het fijn om te zorgen voor een vieruurtje bij thuiskomst van de kroost en/of partner. Dat kan uitstekend met een ‘cobbler’. Een cobbler is een gebak dat het midden houdt tussen crumble en cake. Het komt overgewaaid uit Amerika. Het heeft een minder knapperige korst dan een crumble. Bij een Cobbler is de fruitlaag bedekt met een cakeachtig deeg waardoor het zachter is en minder knapperig dan een crumble.

En wat had je gedacht? Variëren kan naar hartenlust. Gebruik het fruit van het seizoen, zoals onze cobbler met appel. Zo heb je telkens weer een “andere” cobbler.

Je bakt de cobbler in een ruime schaal zoals een crumble of in aparte ovenbestendige potjes of schaaltjes. Kies je voor een glazen potje met deksel, dan kan de cobbler mee naar school, naar het werk en zo is hij ook een handig hapje op een daguitstap of een picknick. Let erop dat je dan de glazen potjes zonder dekseltje in een onverwarmde oven plaatst, anders is er kans dat de glazen potjes stuk springen. Tel er dan 15 minuten baktijd bij.

Nodig: (voor 1 grote schaal of 8 tot 10 kleine potjes)

Fruit naar keuze: appel, peer, bessen, frambozen …

1 ei

200 g zelfrijzende bloem

100 g suiker of bakbestendige zoetstof

40 g vloeibare margarine geschikt om te bakken

60 g appelmoes (mag zelfgemaakt)

1,5 dl halfvolle melk

Handvol amandelschilfers

 

Bereiding:

• Verwarm de oven voor op 180°C.
• Doe de bloem en de suiker in een ruime kom en meng door elkaar.
• Voeg hierbij het ei, de melk, de margarine en de appelmoes en roer tot een deeg.
• Maak het fruit schoon, snijd klein indien nodig en verdeel over de schaal of de potjes.
• Lepel hierop het deeg tot het fruit bedekt is.
• Strooi er enkele amandelschilfers over.
• Plaats in de oven en bak gedurende 20 minuten tot de cobbler mooi gebakken en gaar is.

Kan warm, lauw of koud gegeten worden en smaakt – net als een crumble – heerlijk met een bolletje ijs.