Voedingsadvies bij hypertensie: DASH-dieet

Algemeen

Dit is een algemeen advies. Het is belangrijk om samen te werken met een diëtist om een persoonlijk dieetplan op te stellen dat past bij de specifieke behoeften en gezondheidstoestand van de patiënt. Diëtisten kunnen helpen bij het bepalen van de juiste balans tussen voedingsstoffen en het aanpassen van het dieet aan de individuele situatie van de patiënt.

Het DASH-dieet (Dietary Approaches to Stop Hypertension) is een voedingspatroon dat oorspronkelijk ontwikkeld is om een te hoge bloeddruk te verlagen, maar het heeft ook gunstige effecten op het verlagen van het cholesterolgehalte en het bevorderen van de algehele gezondheid. De DASH-sodium studie toonde aan dat het verminderen van de natriuminname in combinatie met het DASH-dieet de bloeddruk nog verder kan verlagen. Het DASH-dieet stimuleert de consumptie van volkoren graanproducten, peulvruchten, groenten en fruit en de consumptie van suikerhoudende voedingsmiddelen en voedingsmiddelen rijk aan verzadigde vetten worden beperkt. De individuele respons op het DASH-dieet kan variëren. Het is daarom altijd raadzaam om advies op maat te verkrijgen bij een diëtist. (1)

Doelstellingen van het voedingsadvies

Het doel is het verlagen van de bloeddruk. Hypertensie blijft namelijk één van de belangrijkste oorzaken van hart- en vaatziekten en van vroegtijdige morbiditeit en mortaliteit. (2)

Voedingsadvies

Volgende praktische adviezen van het DASH-dieet kan u met de patiënt bespreken: (3)(4)

  • Eet dagelijks 4-5 porties van zowel groenten als fruit:
    • 1 portie komt overeen met ½ kopje fruitstukjes of 1 kopje rauwe groene bladgroenten of ½ kopje gegrilde of gesneden groenten.
    • kies voor verse groenten of eventueel onbewerkte diepvriesgroenten.
    • kies voor vers fruit of eventueel fruit uit blik of bokaal op eigen sap.
  • Eet dagelijks 125g volkoren graanproducten:
    • zoals volkorenbrood, volkoren pistolet of stokbrood, volkoren beschuit of crackers, volkoren rijstwafels, havervlokken, havermout, muesli, granola (zonder chocolade en/of suiker), volkoren ontbijtgranen, meel en broodmix met meer dan 50% volle granen, volkoren deegwaren of rijstnoedels, volkoren rijst of bulgur, volkoren couscous of volkoren quinoa.
  • Eet dagelijks één handje onbewerkte noten en zaden:
    • zoals hazelnoten, amandelen, walnoten, cashewnoten, sesamzaad, zonnebloempitten of pompoenpitten.
  • Eet dagelijks 2-3 porties magere melk(producten) of kaas per dag:
    • 1 portie komt overeen met 150g yoghurt of 150 ml melk of 50g magere kaas;
    • gebruik magere melkproducten;
      • zoals magere yoghurt, room, melk of alternatieven op basis van soja.
    • gebruik magere kaassoorten (max. 20g vet/100g);
      • zoals magere plattekaas, verse (light) kaas, cottagecheese, magere smeerkaas, ricotta, zachte verse geitenkaas, harde 30+ kaas of mozzarella.
  • Gebruik vetten met een goede samenstelling:
    • geschikte vetstoffen zijn vloeibaar of smeerbaar bij koelkasttemperatuur (max. 1/3 verzadigd vet van de totale hoeveelheid vet);
    • gebruik plantaardige oliën;
      • zoals olijfolie, arachideolie, koolzaadolie, notenolie, zonnebloemolie, maïsolie, sojaolie, tarwekiemolie of druivenpitolie (uitzondering: kokosolie en palmolie).
    • gevogelte of magere vleessoorten;
      • zoals kipfilet, kalkoenborst, struisvogelfilet, biefstuk, magere runderlappen, varkenshaas, varkensfiletlapjes of mager lamsvlees.
    • mager vleesbeleg;
      • zoals rosbief, gekookte ham, kalkoenham of kippenham.
    • vervang vlees:
      • 1x/week door vette vis zoals zalm, haring, botervis, makreel, rivierpaling of sardienen;
      • 1x/week door peulvruchten zoals linzen, bonen, kikkererwten of andere vleesvervangers op basis van soja (tofu, tempé), quorn of seitan;
      • 1x/week door eieren.
  • Beperk zout tot max. 5g/dag:
    • gebruik geen zout aan tafel of bij de bereidingen;
      • gebruik verse kruiden of specerijen zoals citroen, limoen of azijn in de plaats.
    • beperk het gebruik van zoutrijke voedingsmiddelen:
      • zoals bewerkte vleeswaren, kant- en klare soepen en maaltijden, instant noedels, hartige snacks, ingeblikte en geconserveerde voedingsmiddelen (uitzondering: fruit), kaas, brood, bouillonblokjes, kruidenmixen, gerookte vis of sauzen en dressings.
  • Matig het gebruik van alcohol: (5)
    • bij voorkeur wordt er geen alcohol gedronken;
    • max. 10 standaardeenheden/week;
      • verspreid het gebruik over meerdere dagen en drink een aantal dagen geen alcohol.
      • striktere beperking is nodig bij te hoge triglyceridenwaarden.

Hieronder vindt u een infobrochure die u kan afprinten voor de patiënt:

Achtergrondinfo: invloed van voeding

Wat is de invloed van voeding op de bloeddruk?

  • Kalium: (1)
    • kan bijdragen aan het verlagen van de bloeddruk;
    • te hoge kaliuminname kan bij nierpatiënten en bij kaliumsparende diuretica leiden tot hyperkaliëmie.
    • Bronnen: groenten, fruit, aardappelen en volkoren graanproducten.
  • Magnesium: (6)(7)
    • kan bijdragen aan het verlagen van de bloeddruk.
    • Bronnen: volle graanproducten, groenten, peulvruchten, paranoten en zaden.
    • Het DASH-dieet is door de grote hoeveelheid aan groenten, fruit en volkoren graanproducten rijk aan kalium en magnesium.
  • Calcium: (8)
    • kan bijdragen aan het verlagen van de bloeddruk.
    • Bronnen: melkproducten, calciumverrijkte sojadranken, noten (amandel- en hazelnoot), groene bladgroenten, broccoli en vijgen.
  • Voedingsvezels: (9)
    • verlagen het risico op hart- en vaatziekten;
    • kunnen de LDL-cholesterol doen dalen.
    • Bronnen: fruit, groenten, peulvruchten, aardappelen, noten en volle graanproducten.
  • Vetten: (9)(10)
    • verzadigde vetten en transvetten:
      • verhogen het risico op hart- en vaatziekten.
      • Bronnen: melkvet (room, boter, kaas, volle melk), vette en bewerkte vleessoorten, cacaoboter, kokosvet, palmolie, gebak, koekjes, snoepgoed, choco, hartige snacks en kant- en klare maaltijden.
    • onverzadigde vetten:
      • verlagen het risico op hart- en vaatziekten.
      • Bronnen: vette vis (zalm, haring, botervis, makreel, rivierpaling, sardienen), avocado, noten en plantaardige oliën (olijfolie, arachideolie, koolzaadolie, notenolie, zonnebloemolie, maïsolie, sojaolie, tarwekiemolie, druivenpitolie).
  • Zout: (5)
    • verhoogt de bloeddruk.
    • Bronnen: zout, bewerkte vleeswaren, kant- en klare soepen en maaltijden, instant noedels, hartige snacks, ingeblikte en geconserveerde voedingsmiddelen (uitzondering: fruit), kaas, brood, bouillonblokjes, kruidenmixen, gerookte vis, sauzen en dressings.
  • Cafeïne: (11)
    • is een stimulerende stof die het zenuwstelsel prikkelt;
    • afhankelijk van de individuele gevoeligheid kan cafeïne leiden tot een versnelde hartslag en verhoging van de bloeddruk;
    • echter heeft langdurig onderzoek geen consistent verband gevonden tussen een matige cafeïne-inname en een verhoogd risico op hypertensie (langdurig verhoogde bloeddruk) of cardiovasculaire aandoeningen.
    • Bronnen: koffie, thee, energiedranken en cola.
  • Drop en zoethout: (12)
    • bevat glycyrrhetinezuur, dit verhoogt de bloeddruk.
    • Bronnen: drop en zouthoutthee.
  • Alcohol: (13)
    • de HGR waarschuwt voor enkele gezondheidsrisico’s bij elke consumptie:
      • verhoogt het risico op hart- en vaatziekten door toename van de bloeddruk en de triglyceriden;
      • is schadelijk voor lever en pancreas.
  • Energie: (14)
    • overgewicht en abdominale obesitas zijn belangrijke CV-risicofactoren;
    • bij overgewicht en obesitas heeft een gewichtsverlies van 5-10% een positief effect op de bloeddruk en heeft het een gunstig effect op andere CV-risicofactoren.
  • Lichaamsbeweging: (14)
    • heeft een gunstig effect op het lichaamsgewicht/behoud van gewichtsverlies;
    • verlaagt het risico op hart- en vaatziekten.
  • Roken: (15)
    • stoppen met roken heeft een significant voordeel met betrekking tot het gehele CV-risico.
Meerwaarde diëtist

Wat is de meerwaarde van een diëtist?

  • Een diëtist geeft voedingsadvies op maat, met haalbare doelen afgestemd op de patiënt. Zodat er geen onnodige beperkingen worden gedaan, bijvoorbeeld een patiënt die zelden zoet eet en een stukje taart op een feest niet meer durft te eten. Advies op maat geeft de meeste garantie voor een duurzaam resultaat. (16)
  • De diëtist heeft de expertise en de tijd om de patiënt uitleg te geven over hoe hypertensie is ontstaan en hoe de patiënt zijn/haar bloeddruk kan laten dalen.
    • Een diëtist legt de patiënt uit waar het meeste zout in zit verwerkt, hoeveel de patiënt ervan mag gebruiken en hoe hij/zij gezonde en lekkere alternatieven kan gebruiken.
  • Een diëtist heeft een ruime productkennis, leert de patiënt hoe ze voedingsetiketten kunnen lezen en heeft ervaring met het uitwerken van gezonde recepten. (16)(17)
  • Diëtisten hebben een ruime kennis van de werking en het dysfunctioneren van het menselijk lichaam, deze theorie vertalen ze naar het niveau van de patiënt. (16)
  • Een diëtist weet hoe men patiënten kan motiveren tot een gezondere levensstijl, ze hebben een coachende en ondersteunende rol. (16)
  • van Namen et al. (2019) tonen in hun systematische review aan dat de bloeddruk significant daalt met behulp van een diëtist. (18)
  • Piana et al. (2013) concluderen dat 80% van de hart- en vaatziekten mogelijks voorkomen kan worden door levensstijl aanpassingen. (19)
Wanneer doorverwijzen naar een diëtist?

Verwijs de patiënt door indien: (16)

  • er sprake is van hypertensie, dit is een belangrijke oorzaak van hart- en vaatziekten, elke persoon met een verhoogde bloeddruk heeft baat aan begeleiding bij een diëtist om complicaties te voorkomen.
  • er belangrijke risicofactoren aanwezig zijn zoals overgewicht/obesitas, dyslipidemie, metabool syndroom, diabetes, nefropathie of hartfalen.
  • de patiënt weinig kennis heeft omtrent gezonde voeding.
  • u merkt dat de patiënt beperkte vaardigheden heeft om gezonde en evenwichtige maaltijden samen te stellen.
  • u merkt dat uw patiënt nood heeft aan begeleiding: 
    • samen met de patiënt worden er haalbare doelen opgesteld;
    • via follow-up afspraken kan de voortgang geëvalueerd worden, eventuele obstakels kunnen besproken worden en indien nodig kan het voedingsplan aangepast worden.
Welke gegevens heeft de diëtist nodig?

Geef volgende gegevens in de verwijsbrief:

  • bloeddruk;
  • bloedsuikerwaarden indien er ook sprake is van (pre)diabetes:
    • nuchtere glycemie;
    • HbA1c;
  • het lipidenprofiel indien er ook sprake is van dyslipidemie:
    • totaal cholesterol;
    • LDL-cholesterol;
    • HDL-cholesterol;
    • triglyceriden ;
  • overzicht medicatie;
  • lengte en gewicht;
  • aanwezigheid van andere gezondheidsproblemen zoals dyslipidemie, nefropathie, diabetes of (geschiedenis van) CV-lijden.
Motivatie stimuleren

Tips hoe u de patiënt kan motiveren om de stap naar een diëtist te zetten: (16)

  • besteed aandacht aan de gezondheidsvoordelen.
  • leg het verband uit tussen de gezondheidsrisico’s en het te veranderen gedrag.
  • bespreek de meerwaarde van een diëtist, maak duidelijk dat u hier zelf ook van overtuigd bent.
  • verken de oorzaken van weerstand tegen verandering van de patiënt. Vaak heeft dit te maken met het onbekende.
  • weerleg de vooroordelen omtrent het beroep van een diëtist, we zijn niet streng en hebben geen belerende vinger. Benadruk juist de coachende en ondersteunende rol van een diëtist.
  • indien uw patiënt niet bereid is om een diëtist te raadplegen. Respecteer dan deze keuze, vraag of je er later op terug mag komen. Op deze manier vergroot je de kans dat de patiënt later toch de stap naar een diëtist wilt zetten.
Is de patiënt klaar voor persoonlijk voedingsadvies of heeft uw patiënt nood aan een informerend gesprek?

Wij helpen de patiënt graag verder, hieronder kan u onze gegevens vinden:

  • An De Busser, Dorien Maes, Janne Poisquet, Mieke Leurs
  • Mail: info@di-eet.be
  • Telefoon:
    • An: 0495 25 19 78
    • Dorien: 0494 58 89 84
    • Janne: 0471 46 94 15
    • Mieke: 03 309 07 70
  • Via het tabblad “MAAK EEN AFSPRAAK” kan u direct online een afspraak inplannen.
  • Onze specialisaties:
    • diabeteseducator
    • eetstoornissen
    • prikkelbare darmsyndroom
    • voedselallergie of -intoleranties

Literatuurlijst

1 Challa, H. J., Muhammad, A. & Uppaluri, K. (2023). DASH Diet To Stop Hypertension. StatPearls – NCBI
Bookshelf. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/books/NBK482514/

2 Burnier, M., & Egan, B. M. (2019). Adherence in Hypertension: A Review of Prevalence, Risk Factors, Impact, and Management. Circulation Research,124(7), 1124–1140. doi: 10.1161/CIRCRESAHA.118.313220

3 NIH. (2021). DASH Eating Plan. nhlbi.nih.gov [Website]. Geraadpleegd op 18 mei 2023 via https://www.nhlbi.nih.gov/education/dash-eating-plan

4 Tips To Reduce Salt and Sodium. (2019). NHLBI, NIH. https://www.nhlbi.nih.gov/resources/tips-reduce-salt-sodium

5 Hoge Gezondheidsraad. (2018). Alcoholhoudende dranken en risico’s voor de gezondheid: wat zijn de limieten en de
actiemiddelen?
Health.belgium.be [Website]. Geraadpleegd op 25 april 2023 via https://www.health.belgium.be/nl/news/alcoholhoudende-dranken-en-risicos-voor-de-gezondheid-wat-zijn-de-limieten-en-de-actiemiddelen#:~:text=Tien%20eenheden%20alcohol%20per%20week%20is%20een%20redelijke%20limiet&text=Om%20alles%20duidelijker%20te%20maken,per%20week%20de%20limiet%20zijn  

6 Zheng, H., Lin, F., Xin, N., Yang, L., & Sun, R. (2022). Association of Coffee, Tea, and Caffeine Consumption With All-Cause Risk and Specific
Mortality for Cardiovascular Disease Patients. Frontiers in Nutrition9. doi:
10.3389/fnut.2022.842856

7 Banjanin, N., & Belojevic, G. (2021). Relationship of dietary magnesium intake and serum magnesium with hypertension: a review. Magnesium
Research
34(4), 166–171. doi:
10.1684/mrh.2021.0492

8 Cormick, G., & Belizán, J. M. (2019). Calcium Intake and Health. Nutrients11(7), 1606. doi:10.3390/nu11071606

9 Badimon, L., Baigent, C., Casula, M., Catapano, A. L., Mach, F., Koskinas, K.
C., et al. 
(2020). 2019 ESC/EAS Guidelines for the management of dyslipidaemias: lipid modification to reduce cardiovascular risk. European Heart Journal, 41(1),111–188. doi:10.1093/eurheartj/ehz455    

10 Vlaams Instituut Gezond Leven vzw. (2023). Vetten. Gezondleven.be [Website]. Geraadpleegd op 14 april 2023 via https://www.gezondleven.be/themas/voeding/focus-op-voeding-niet-voedingsstoffen/voedingsstoffen/vetten 

11 Piuri, G., Zocchi, M., Della Porta, M. G., Ficara, V., Manoni, M., Zuccotti, G. V., Pinotti, L., Maier, J. A., & Cazzola, R. (2021). Magnesium in Obesity, Metabolic Syndrome, and Type 2 Diabetes. Nutrients13(2), 320. doi: 10.3390/nu13020320

12 Jans, I. (2020). Dieet bij chronische nierschade. In: Former, M., van Asseldonk, G., Drenth, J., Schuurman, C. (eds) Informatorium voor Voeding en Diëtetiek – Supplement 103 – december 2019. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. doi: 10.1007/978-90-368-2426-2_1

13 World Health Organization: WHO. (2020). Healthy diet. who.int [Website]. Geraadpleegd op 12 april 2023 via https://www.who.int/news-room/fact-sheets/detail/healthy-diet  

14 Fantin, F., Giani, A., Zoico, E., Rossi, A., Mazzali, G., & Zamboni, M. (2019). Weight Loss and Hypertension in Obese Subjects. Nutrients11(7),1667. doi: 10.3390/nu11071667

15 Gallucci, G., Tartarone, A., Lerose, R., Lalinga, A. V., & Capobianco, A.M. (2020). Cardiovascular risk of smoking and benefits of smoking cessation. Journal of Thoracic Disease12(7), 3866–3876. doi: 10.21037/jtd.2020.02.47

16 Cools, D., Dams, L., De Busser, A., Gers, A. & Huysmans, V. (2018). Communicatie over voeding en gezondheid: hoe kunnen
huisarts en diëtist beter samenwerken? Huisartsnu, jaargang(3), 108-111. https://www.huisartsnu.be/2018/nr3/eerste-lijn/communicatie-over-voeding-en-gezondheid-hoe-kunnen-huisarts-en-dietist-beter 

17 Bachar, A., Livshits, G., Birk, R. (2018). Predictors of weight reduction and maintenance in a large cohort of overweight and obese adults in a community setting. Nutrition&Dietetics: Journal of Dietitians Australia. doi:10.1111/1747-0080.12419  

18 Van Namen, M., Prendergast, L. & Peiris, C., (2019). Supervised lifestyle intervention for people with metabolic syndrome improves outcomes and reduces individual risk factors of metabolic syndrome: A systematic review and meta-analysis. Metabolism Clinical and Experimental 101. doi: 10.1016/j.metabol.2019.153988  

19 Piana, N., Battistini, D., Urbani, L., Romani, G., Fatone, C., Pazzagli, C., et al. (2013). Multidisciplinary lifestyle intervention in the obese: Its impact on patients’ perception of the disease, food and physical exercise. Nutrition, Metabolism & Cardiovascular Diseases, 23(4), 337-343. doi: 10.1016/j.numecd.2011.12.008

Ontvang je graag onze maandelijkse recepten en tips?

Zoek naar recepten en weetjes

Lees verder...

© 2024 Di-Eet.be .